Snij de selder in blokjes van ± 1 cm. Hou enkele blaadjes opzij voor de afwerking. Snij de champignons in 4.
Verhit de olijfolie in een pan met dikke bodem en bak de kippenblokjes 3 à 4 min. goudbruin. Voeg de selder, de champignons, de prei en de wortelschijfjes toe. Laat 5 à 8 min. sudderen.
Maak intussen de bechamelsaus: smelt de boter in een pan en roer er de bloem onder. Laat even drogen op het vuur. Giet er beetje bij beetje en al roerend de koude melk bij. Laat even sudderen tot je een gebonden saus hebt. Kruid met peper, zout en nootmuskaat.
Verwarm de oven voor op 170 °C.
Meng de bechamelsaus onder de groenten en de kip en voeg de balletjes toe. Laat 10 min. sudderen op een zacht vuur en roer regelmatig. Kruid eventueel met peper en zout.
Verwarm intussen de bladerdeegpasteitjes in de voorverwarmde oven (instructies: zie verpakking).
Schik de pasteitjes op de borden. Snij het hoedje eraf en vul met de vol-au-vent. Werk af met de selderblaadjes.